Taalcafé in de bibliotheek geopend

Woerdenaren die beter Nederlands willen spreken kunnen elke dinsdagavond terecht in de bibliotheek. Deze week is daar het Taalcafé geopend. Het Taalcafé is bedoeld voor alle Woerdenaren die zijn opgegroeid met een andere taal. Zoals statushouders, Oekraïners en mensen uit andere landen in het algemeen. In het Taalcafé wordt vooral praktische hulp geboden. Op scholen waar taallessen worden gegeven zijn er grotere groepen. Daar zijn de lessen ook gericht op lezen en schrijven. Bij het Taalcafé gaat het de taal in het dagelijks leven, het informeel taalgebruik.

Wethouder Jacques Rozendaal opende het Taalcafé door het aan elkaar haken van kleurige linten. Vijf deelnemers en vijf vrijwilligers hielden de uiteinden vast. Dit was symbool voor de verbindingen die worden gelegd via het Taalcafé. De deelnemers leren beter Nederlands spreken, maar krijgen ook meer contacten. Ze krijgen onderling contact en met andere Woerdenaren. Volgens wethouder Jacques Rozendaal is taal de sleutel. Hij bedankte alle taalvrijwilligers; dat zijn er ongeveer honderd. Ook prees hij de bibliotheek, die zoveel doet aan innovatie, van groot maatschappelijk belang is, en bijdraagt aan de dialoog binnen de samenleving. Els van Steenbeek, medewerkster van de bibliotheek, benadrukte dat het belangrijk is om makkelijke taal te spreken. Onder de aanwezigen waren deelnemers aan het Taalcafé, en zij hebben moeite met het begrijpen van ingewikkelde tekst.

Maar ook: eenvoudige taal gebruiken

Chantal Stuart, ambtenaar bij de gemeente Woerden, vindt het spreken in eenvoudige taal ook van belang. Het is voor ambtenaren moeilijk om zonder het gebruik van jargon – moeilijke woorden – te vertellen waar de gemeente mee bezig is.

Daarnaast vertelt Chantal Stuart aan RPL Woerden dat het heel nuttig is als mensen beter Nederlands leren spreken in de praktijk. Dan hebben mensen bijvoorbeeld meer kans op een baan. Ze krijgen meer contact met andere Woerdenaren. En het belangrijkste: mensen worden zelfredzamer. Dat betekent dat mensen minder hulp van anderen nodig hebben.

Chantal Stuart hoorde ooit van een Syrische vluchtelinge dat zij zo blij was dat ze zelfstandig naar de huisarts kon, omdat ze Nederlands kon spreken. Het was niet meer nodig om een van haar kinderen bij zo een gesprek mee te nemen.  

Kleine groepen

Mensen die mee willen doen met het Taalcafé moeten zich eerst aanmelden. Iedereen komt in een vast groepje terecht. De groepjes zijn klein. Momenteel zijn er acht groepjes met elk twee tot vier deelnemers. Jack Egberts, die bij de bibliotheek werkt, verwacht dat het aantal deelnemers zal groeien tot 40 mensen aan het eind van het jaar.

Ook mensen die in Nederland zijn geboren zijn welkom in het Taalcafé. In Woerden is twee procent van de inwoners laaggeletterd. Dit is veel beter dan het gemiddelde in Nederland (12%), maar ook die twee procent is welkom om beter Nederlands te leren spreken.

De Woerdense bibliotheek gaat niet actief deelnemers werven, het beste werkt waarschijnlijk mond op mond reclame.

Een les spreektaal

Na de opening van het Taalcafé gaan de groepjes aan de gang, zoals voortaan elke week. Els van Steenbeek leidt een groepje met vier mensen die net beginnen met Nederlands leren. Zij spreekt eenvoudige woorden. Ze doet ook voor wat ze zegt. De deelnemers moeten haar opdrachten uitvoeren, zoals: “Pak een boek,” “Doe het boek open” en “Doe het boek dicht.” Dat begrijpen de deelnemers al goed. Dan zegt Els iets moeilijks: “Raak je arm aan”. Els vertelt zacht aan RPL Woerden dat het daarbij gaat om een scheidbaar werkwoord, aanraken. Die moeilijke term hoeven de deelnemers niet te weten nog. Maar je ziet dat ze het moeilijk vinden. Ze luisteren heel goed en schrijven het allemaal netjes op. De groep wil echt beter Nederlands leren.

Het Taalcafé is elke dinsdagavond om 19:00 in de bibliotheek aan de Meulmansweg 27, Woerden. Tijdens de schoolvakanties is er geen Taalcafé.

Foto’s: Elly Waterman