
Fors hogere rekening waterschapsbelasting
Het kan even schrikken zijn: de waterschapsbelasting voor 2025 is soms fors hoger dan afgelopen jaar. De waterschappen gaan ruim 300 miljoen euro meer heffen dan in 2024, blijkt uit cijfers van het CBS. Bij Waterschap Amstel, Gooi en Vecht is de stijging het hoogst van Nederland.
Landelijk verwachten waterschappen ongeveer 4,3 miljard euro te heffen in 2025. Dat is ruim 8 % meer dan werd begroot voor 2024. De oorzaak van deze stijging komt onder meer door de hogere WOZ-waarden van huizen, want daar wordt de waterschapsbelasting deels op gebaseerd. Maar ook dan is er een groter verschil met vorig jaar.
Dit komt doordat de waterschappen de afgelopen jaren meer kosten hebben gemaakt. Bijvoorbeeld in tijden van extreem droge periodes of juist overstromingen in bepaalde gebieden. Als er daarnaast per waterschap groot onderhoudswerk is, dan kan dat zorgen voor regionale verschillen, legt Peter Hein van Mulligen hoofeconoom van het CBS uit.
Stijging in de provincie
Voor een meerpersoonshuishouden is de waterschapsbelasting in Amstel, Gooi en Vecht in vijf jaar tijd het hardst gestegen van zo’n 320 euro naar 570 euro. Dit waterschap omvat de gemeenten Stichtse Vecht, De Ronde Venen en een deel van Utrecht en De Bilt.
Het grootste waterschap in de provincie Utrecht is Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden. Waar een huishouden in 2020 nog 350 euro moest betalen is dat dit jaar 450 euro.
De andere waterschappen in de provincie zijn Vallei en Veluwe en Rivierenland. Daar is de waterschapsbelasting 100 euro duurder geworden de afgelopen vijf jaar.
Foto © RTV Utrecht
Bron: RTV Utrecht